Industriepolitiek & vestigingsklimaat
De maritieme sector is van strategisch belang voor Nederland en de rest van Europa. Toch staat de sector onder toenemende druk door internationale concurrentie, waarbij een level-playing field vaak ontbreekt.
Denk bijvoorbeeld aan oneerlijke staatsteun en, mede door digitalisering, stijgende industriespionage en sabotage al dan niet ondernomen door staten. Alhoewel dit voornamelijk spelers uit niet EU-landen betreft, zien wij ook binnen de EU ongelijkheden als het gaat om de implementatie van bepaalde regels. Zo interpreteert Nederland de Schengen grenscode in de praktijk strenger dan andere EU-landen. Dit maakt het voor schepen minder aantrekkelijk om Nederlandse havens aan te lopen.
Ook de exportcriteria zijn in Nederland strenger dan in sommige andere Europese landen, waardoor m.n. defensieorders weglekken naar het buitenland. Bovendien heeft Nederland tijdens de COP26 in Glasgow een verklaring ondertekend over het versnellen van de transitie naar een groene energievoorziening. Naar verwachting zal vanaf eind 2022 een einde komen aan publieke financiering van fossiele brandstofprojecten in het buitenland, met name exportkredietverzekeringen. Nederlandse bedrijven zullen de impact van de toezegging op hun internationale concurrentiepositie voelen, aangezien zij niet langer gebruik kunnen maken van exportkredietverzekeringen, terwijl grote buitenlandse concurrenten dat wel zullen doen.
Ook andere factoren zijn van invloed op het vestigingsklimaat waaronder toegang tot een goed opgeleide beroepsbevolking, blijvende investeringen in innovatie en infrastructuur, een ondersteunend (financieel) instrumentarium voor exportbevordering, het tegengaan van marktbelemmeringen door de ontwikkeling van vrijhandelsverdragen en het betrekken van de maritieme sector bij handelsmissies. Ook regionale bestemmingsplannen en milieu- en geluidswetgeving worden als knellend en inconsistent ervaren voor de industrie met als risico dat uiteindelijk wordt uitgeweken naar het buitenland. Een effectieve en efficiënte lobby voor een industriepolitiek, toegespitst op de maritieme sector en een aantrekkelijk vestigingsklimaat, is daarom onontbeerlijk.